TEDGlobal 2011
Richard Wilkinson: How economic inequality harms societies
Richard Wilkinson: Hoe economische ongelijkheid samenlevingen schaadt
Filmed:
Readability: 4.6
3,198,950 views
We voelen instinctief aan dat het in samenlevingen met enorme inkomensverschillen op de een of andere manier fout gaat. Richard Wilkinson brengt de harde gegevens over de economische ongelijkheid in kaart en laat zien wat er mis gaat als rijk en arm te ver uit elkaar liggen: echte effecten op gezondheid, levensduur, zelfs op fundamentele waarden als vertrouwen.
Richard Wilkinson - Public health researcher
In "The Spirit Level," Richard Wilkinson charts data that proves societies that are more equal are healthier, happier societies. Full bio
In "The Spirit Level," Richard Wilkinson charts data that proves societies that are more equal are healthier, happier societies. Full bio
Double-click the English transcript below to play the video.
00:15
You all know the truth of what I'm going to say.
0
0
3000
Jullie weten dat wat ik ga zeggen waar is.
00:18
I think the intuition that inequality is divisive and socially corrosive
1
3000
4000
Ik denk dat het aanvoelen dat ongelijkheid verdeeldheid zaait en sociaal corrosief is
00:22
has been around since before the French Revolution.
2
7000
4000
al bestaat van vóór de Franse Revolutie.
00:26
What's changed
3
11000
2000
Wat er is veranderd,
00:28
is we now can look at the evidence,
4
13000
2000
is dat we er nu bewijsmateriaal voor kunnen verzamelen.
00:30
we can compare societies, more and less equal societies,
5
15000
3000
We kunnen samenlevingen met minder of meer sociale ongelijkheid vergelijken
00:33
and see what inequality does.
6
18000
3000
en zien welke effecten ongelijkheid heeft.
00:36
I'm going to take you through that data
7
21000
3000
Ik ga die gegevens met jullie overlopen
00:39
and then explain why
8
24000
2000
en dan uitleggen waarom
00:41
the links I'm going to be showing you exist.
9
26000
4000
de verbanden die ik ga tonen, bestaan.
00:45
But first, see what a miserable lot we are.
10
30000
3000
Maar bekijk eerst eens wat voor een ellendig zootje wij zijn.
00:48
(Laughter)
11
33000
2000
(Gelach)
00:50
I want to start though
12
35000
2000
Ik wil beginnen
00:52
with a paradox.
13
37000
3000
met een paradox.
00:55
This shows you life expectancy
14
40000
2000
Dit toont je de levensverwachting
00:57
against gross national income --
15
42000
2000
tegenover het bruto nationaal inkomen -
00:59
how rich countries are on average.
16
44000
2000
hoe rijk landen gemiddeld zijn.
01:01
And you see the countries on the right,
17
46000
2000
Je ziet dat de landen aan de rechterkant,
01:03
like Norway and the USA,
18
48000
2000
zoals Noorwegen en de VS,
01:05
are twice as rich as Israel, Greece, Portugal on the left.
19
50000
5000
twee keer zo rijk zijn als Israël, Griekenland, Portugal aan de linkerkant.
01:10
And it makes no difference to their life expectancy at all.
20
55000
4000
Het maakt helemaal geen verschil voor hun levensverwachting.
01:14
There's no suggestion of a relationship there.
21
59000
2000
Er lijkt geen verband tussen te zijn.
01:16
But if we look within our societies,
22
61000
3000
Maar als we binnen onze samenlevingen gaan kijken,
01:19
there are extraordinary social gradients in health
23
64000
3000
lopen er qua gezondheid buitengewone sociale gradiënten
01:22
running right across society.
24
67000
2000
dwars door onze samenleving.
01:24
This, again, is life expectancy.
25
69000
2000
Dit is nog eens de levensverwachting.
01:26
These are small areas of England and Wales --
26
71000
2000
Dit zijn kleine gebieden van Engeland en Wales -
01:28
the poorest on the right, the richest on the left.
27
73000
4000
de armste aan de rechterkant, de rijkste aan de linkerkant.
01:32
A lot of difference between the poor and the rest of us.
28
77000
3000
Veel verschil tussen de armen en de rest.
01:35
Even the people just below the top
29
80000
2000
Zelfs de mensen net onder de top
01:37
have less good health
30
82000
2000
hebben een minder goede gezondheid
01:39
than the people at the top.
31
84000
2000
dan de mensen aan de top.
01:41
So income means something very important
32
86000
2000
Inkomen betekent dus iets heel belangrijks
01:43
within our societies,
33
88000
2000
binnen onze samenlevingen,
01:45
and nothing between them.
34
90000
3000
maar niet tussen de samenlevingen.
01:48
The explanation of that paradox
35
93000
3000
De verklaring van die paradox
01:51
is that, within our societies,
36
96000
2000
is dat we binnen onze samenlevingen
01:53
we're looking at relative income
37
98000
2000
kijken naar relatief inkomen
01:55
or social position, social status --
38
100000
3000
of maatschappelijke positie, sociale status -
01:58
where we are in relation to each other
39
103000
3000
waar we staan in relatie tot elkaar
02:01
and the size of the gaps between us.
40
106000
3000
en de grootte van de verschillen tussen ons.
02:04
And as soon as you've got that idea,
41
109000
2000
Zodra je dat door hebt,
02:06
you should immediately wonder:
42
111000
2000
moet je je onmiddellijk afvragen:
02:08
what happens if we widen the differences,
43
113000
3000
wat gebeurt er als we de verschillen vergroten
02:11
or compress them,
44
116000
2000
of verminderen,
02:13
make the income differences bigger or smaller?
45
118000
2000
de inkomensverschillen groter of kleiner maken?
02:15
And that's what I'm going to show you.
46
120000
3000
Dat is wat ik ga laten zien.
02:18
I'm not using any hypothetical data.
47
123000
2000
Niet met behulp van hypothetische gegevens.
02:20
I'm taking data from the U.N. --
48
125000
2000
Ik neem de gegevens van de VN -
02:22
it's the same as the World Bank has --
49
127000
2000
dezelfde gegevens als de Wereldbank hanteert -
02:24
on the scale of income differences
50
129000
2000
over de schaal van inkomensverschillen
02:26
in these rich developed market democracies.
51
131000
3000
in deze rijke, ontwikkelde marktdemocratieën.
02:29
The measure we've used,
52
134000
2000
De maatstaf die we hebben gebruikt,
02:31
because it's easy to understand and you can download it,
53
136000
2000
omdat hij makkelijk te begrijpen is en je het kunt downloaden,
02:33
is how much richer the top 20 percent
54
138000
2000
is hoeveel rijker de top 20 procent is
02:35
than the bottom 20 percent in each country.
55
140000
3000
dan de onderste 20 procent in elk land.
02:38
And you see in the more equal countries on the left --
56
143000
3000
Je ziet dat in de landen met meer sociale gelijkheid links -
02:41
Japan, Finland, Norway, Sweden --
57
146000
2000
Japan, Finland, Noorwegen, Zweden -
02:43
the top 20 percent are about three and a half, four times as rich
58
148000
2000
de top 20 procent ongeveer drie en een half,
02:45
as the bottom 20 percent.
59
150000
3000
vier keer zo rijk is als de onderste 20 procent.
02:48
But on the more unequal end --
60
153000
2000
Maar op het einde met meer ongelijkheid -
02:50
U.K., Portugal, USA, Singapore --
61
155000
2000
U.K., Portugal, USA, Singapore -
02:52
the differences are twice as big.
62
157000
3000
zijn de verschillen twee keer zo groot.
02:55
On that measure, we are twice as unequal
63
160000
3000
Op die schaal zijn we twee keer zo ongelijk
02:58
as some of the other successful market democracies.
64
163000
4000
als sommige van de andere succesvolle marktdemocratieën.
03:02
Now I'm going to show you what that does to our societies.
65
167000
4000
Nu ga ik je laten zien wat dat betekent voor onze samenleving.
03:06
We collected data on problems with social gradients,
66
171000
3000
We verzamelden gegevens over problemen met sociale gradiënten.
03:09
the kind of problems that are more common
67
174000
2000
Het soort problemen die vaker voorkomen
03:11
at the bottom of the social ladder.
68
176000
2000
aan de onderkant van de maatschappelijke ladder.
03:13
Internationally comparable data on life expectancy,
69
178000
3000
Internationaal vergelijkbare gegevens over de levensverwachting,
03:16
on kids' maths and literacy scores,
70
181000
3000
over de scores van kinderen voor wiskunde en geletterdheid,
03:19
on infant mortality rates, homicide rates,
71
184000
3000
over kindersterfte, doodslag,
03:22
proportion of the population in prison, teenage birthrates,
72
187000
3000
deel van de bevolking in de gevangenis, tienerzwangerschappen,
03:25
levels of trust,
73
190000
2000
het niveau van onderling vertrouwen,
03:27
obesity, mental illness --
74
192000
2000
zwaarlijvigheid, psychische aandoeningen -
03:29
which in standard diagnostic classification
75
194000
3000
waaronder in de standaard diagnostische classificatie
03:32
includes drug and alcohol addiction --
76
197000
2000
ook drugs- en alcoholverslaving vallen -
03:34
and social mobility.
77
199000
2000
en sociale mobiliteit.
03:36
We put them all in one index.
78
201000
3000
We zetten ze allemaal in een index.
03:39
They're all weighted equally.
79
204000
2000
Ze zijn allemaal even gewogen.
03:41
Where a country is is a sort of average score on these things.
80
206000
3000
Elk land krijgt een gemiddelde score voor deze dingen.
03:44
And there, you see it
81
209000
2000
Je ziet het in relatie
03:46
in relation to the measure of inequality I've just shown you,
82
211000
3000
met de mate van ongelijkheid die ik jullie net heb getoond.
03:49
which I shall use over and over again in the data.
83
214000
3000
Ik gebruik die telkens weer in de gegevens.
03:52
The more unequal countries
84
217000
2000
De meer ongelijke landen
03:54
are doing worse
85
219000
2000
doen het slechter
03:56
on all these kinds of social problems.
86
221000
2000
voor al dit soort maatschappelijke problemen.
03:58
It's an extraordinarily close correlation.
87
223000
3000
Het is een buitengewoon nauwe correlatie.
04:01
But if you look at that same index
88
226000
2000
Maar als je kijkt naar diezelfde index
04:03
of health and social problems
89
228000
2000
van de gezondheids- en sociale problemen
04:05
in relation to GNP per capita,
90
230000
2000
in verhouding tot het BNP per hoofd van de bevolking,
04:07
gross national income,
91
232000
2000
het bruto nationaal inkomen,
04:09
there's nothing there,
92
234000
2000
dan is er
04:11
no correlation anymore.
93
236000
3000
geen correlatie meer.
04:14
We were a little bit worried
94
239000
2000
We waren een beetje ongerust
04:16
that people might think
95
241000
2000
dat de mensen zouden denken
04:18
we'd been choosing problems to suit our argument
96
243000
2000
dat we problemen uitkozen die in onze argumentatie pasten
04:20
and just manufactured this evidence,
97
245000
3000
om bewijsmateriaal 'op maat' te maken.
04:23
so we also did a paper in the British Medical Journal
98
248000
3000
Daarom publiceerden we ook een artikel in de British Medical Journal
04:26
on the UNICEF index of child well-being.
99
251000
4000
over de UNICEF-index voor kinderwelzijn.
04:30
It has 40 different components
100
255000
2000
Er zitten 40 verschillende componenten in,
04:32
put together by other people.
101
257000
2000
samengesteld door andere mensen.
04:34
It contains whether kids can talk to their parents,
102
259000
3000
Het gaat over of kinderen kunnen praten met hun ouders,
04:37
whether they have books at home,
103
262000
2000
of ze thuis boeken hebben,
04:39
what immunization rates are like, whether there's bullying at school.
104
264000
3000
wat de immunisatiegraad is en of er op school gepest wordt.
04:42
Everything goes into it.
105
267000
2000
Alles zit erin.
04:44
Here it is in relation to that same measure of inequality.
106
269000
4000
Hier is het ten opzichte van dezelfde maat van ongelijkheid.
04:48
Kids do worse in the more unequal societies.
107
273000
3000
Kinderen doen het slechter in de meer ongelijke samenlevingen.
04:51
Highly significant relationship.
108
276000
3000
Zeer significante relatie.
04:54
But once again,
109
279000
2000
Maar nogmaals,
04:56
if you look at that measure of child well-being,
110
281000
3000
als je kijkt naar die maat van kinderwelzijn
04:59
in relation to national income per person,
111
284000
2000
in relatie tot het nationaal inkomen per persoon,
05:01
there's no relationship,
112
286000
2000
is er geen relatie,
05:03
no suggestion of a relationship.
113
288000
3000
geen suggestie van een relatie.
05:06
What all the data I've shown you so far says
114
291000
3000
Alle gegevens die ik tot nu toe heb laten zien,
05:09
is the same thing.
115
294000
2000
zeggen hetzelfde.
05:11
The average well-being of our societies
116
296000
2000
Het gemiddelde welzijn van onze samenleving
05:13
is not dependent any longer
117
298000
3000
is niet langer afhankelijk
05:16
on national income and economic growth.
118
301000
3000
van het nationaal inkomen en de economische groei.
05:19
That's very important in poorer countries,
119
304000
2000
Het is nog heel belangrijk in armere landen,
05:21
but not in the rich developed world.
120
306000
3000
maar niet meer in de rijke ontwikkelde wereld.
05:24
But the differences between us
121
309000
2000
Onze onderlinge verschillen
05:26
and where we are in relation to each other
122
311000
2000
en in welke verhouding we tot elkaar staan,
05:28
now matter very much.
123
313000
3000
zijn nu van het grootste belang.
05:31
I'm going to show you some of the separate bits of our index.
124
316000
3000
Ik ga jullie enkele van de afzonderlijke stukjes van onze index tonen.
05:34
Here, for instance, is trust.
125
319000
2000
Hier is bijvoorbeeld onderling vertrouwen.
05:36
It's simply the proportion of the population
126
321000
2000
Het is gewoon het gedeelte van de bevolking
05:38
who agree most people can be trusted.
127
323000
2000
dat ermee eens is dat de meeste mensen te vertrouwen zijn.
05:40
It comes from the World Values Survey.
128
325000
2000
Het komt uit de World Values Survey (Wereld Waarden Overzicht).
05:42
You see, at the more unequal end,
129
327000
2000
Jullie zien dat aan het meer ongelijke einde
05:44
it's about 15 percent of the population
130
329000
3000
ongeveer 15 procent van de bevolking
05:47
who feel they can trust others.
131
332000
2000
vindt dat ze anderen kunnen vertrouwen.
05:49
But in the more equal societies,
132
334000
2000
Maar in de meer gelijke samenlevingen,
05:51
it rises to 60 or 65 percent.
133
336000
4000
stijgt dat tot 60 of 65 procent.
05:55
And if you look at measures of involvement in community life
134
340000
3000
Als je kijkt naar de mate van betrokkenheid bij het gemeenschapsleven
05:58
or social capital,
135
343000
2000
of sociaal kapitaal,
06:00
very similar relationships
136
345000
2000
zie je zeer vergelijkbare relaties
06:02
closely related to inequality.
137
347000
3000
met ongelijkheid.
06:05
I may say, we did all this work twice.
138
350000
3000
We hebben al dit werk twee keer gedaan.
06:08
We did it first on these rich, developed countries,
139
353000
3000
We deden het eerst voor deze rijke, ontwikkelde landen,
06:11
and then as a separate test bed,
140
356000
2000
en dan als een aparte test,
06:13
we repeated it all on the 50 American states --
141
358000
3000
herhaalden we het allemaal voor de 50 Amerikaanse staten -
06:16
asking just the same question:
142
361000
2000
met net dezelfde vraag:
06:18
do the more unequal states
143
363000
2000
'Doen de meer ongelijke staten
06:20
do worse on all these kinds of measures?
144
365000
2000
het slechter op al deze vergelijkingen?'
06:22
So here is trust from a general social survey of the federal government
145
367000
4000
Hier zie je in een algemeen sociaal overzicht van de federale overheid
06:26
related to inequality.
146
371000
2000
het verband tussen vertrouwen en ongelijkheid.
06:28
Very similar scatter
147
373000
2000
Zeer vergelijkbare spreiding over
06:30
over a similar range of levels of trust.
148
375000
2000
een vergelijkbare reeks niveaus van vertrouwen.
06:32
Same thing is going on.
149
377000
2000
Hetzelfde beeld.
06:34
Basically we found
150
379000
2000
In principe hebben we gevonden
06:36
that almost anything that's related to trust internationally
151
381000
3000
dat bijna alles dat met betrekking tot vertrouwen
06:39
is related to trust amongst the 50 states
152
384000
2000
internationaal gerelateerd is aan vertrouwen tussen de 50 staten
06:41
in that separate test bed.
153
386000
2000
in die afzonderlijke test.
06:43
We're not just talking about a fluke.
154
388000
2000
We hebben het niet alleen over een toevalstreffer.
06:45
This is mental illness.
155
390000
2000
Dit gaat over psychische aandoeningen.
06:47
WHO put together figures
156
392000
2000
WHO verzamelde cijfers
06:49
using the same diagnostic interviews
157
394000
2000
met behulp van dezelfde diagnostische interviews
06:51
on random samples of the population
158
396000
2000
op willekeurige steekproeven van de bevolking
06:53
to allow us to compare rates of mental illness
159
398000
3000
om het voorkomen van geestesziekten
06:56
in each society.
160
401000
2000
in elke samenleving te vergelijken.
06:58
This is the percent of the population
161
403000
2000
Dit is het percentage van de bevolking
07:00
with any mental illness in the preceding year.
162
405000
3000
met een of andere geestesziekte in het voorgaande jaar.
07:03
And it goes from about eight percent
163
408000
3000
Het gaat van ongeveer acht procent
07:06
up to three times that --
164
411000
2000
tot drie keer zoveel.
07:08
whole societies
165
413000
2000
Hele samenlevingen
07:10
with three times the level of mental illness of others.
166
415000
3000
met drie keer het niveau van geestesziekten dan andere.
07:13
And again, closely related to inequality.
167
418000
4000
Nogmaals een nauw verband met ongelijkheid.
07:17
This is violence.
168
422000
2000
Dit is geweld.
07:19
These red dots are American states,
169
424000
2000
Deze rode stippen zijn Amerikaanse staten,
07:21
and the blue triangles are Canadian provinces.
170
426000
4000
en de blauwe driehoekjes zijn Canadese provincies.
07:25
But look at the scale of the differences.
171
430000
3000
Maar kijk naar de omvang van de verschillen.
07:28
It goes from 15 homicides per million
172
433000
3000
Het gaat van 15 moorden per miljoen
07:31
up to 150.
173
436000
3000
tot 150.
07:34
This is the proportion of the population in prison.
174
439000
3000
Dit is het deel van de bevolking in de gevangenis.
07:37
There's a about a tenfold difference there,
175
442000
3000
Er is een ongeveer een tienvoudig verschil op
07:40
log scale up the side.
176
445000
2000
de log-schaal aan de zijkant.
07:42
But it goes from about 40 to 400
177
447000
2000
Het gaat van ongeveer 40 tot 400
07:44
people in prison.
178
449000
3000
mensen in de gevangenis.
07:47
That relationship
179
452000
2000
Die relatie
07:49
is not mainly driven by more crime.
180
454000
2000
is niet hoofdzakelijk gedreven door meer criminaliteit.
07:51
In some places, that's part of it.
181
456000
3000
Op sommige plaatsen is dat een deel ervan.
07:54
But most of it is about more punitive sentencing,
182
459000
2000
Maar meestal gaat het om meer bestraffende veroordelingen,
07:56
harsher sentencing.
183
461000
2000
zwaardere veroordelingen.
07:58
And the more unequal societies
184
463000
2000
De meer ongelijke samenlevingen
08:00
are more likely also to retain the death penalty.
185
465000
4000
zijn meer geneigd de doodstraf te handhaven.
08:04
Here we have children dropping out of high school.
186
469000
5000
Hier hebben we kinderen die de middelbare school niet voltooien.
08:09
Again, quite big differences.
187
474000
2000
Weer heel grote verschillen.
08:11
Extraordinarily damaging,
188
476000
2000
Buitengewoon schadelijk als het erom gaat
08:13
if you're talking about using the talents of the population.
189
478000
3000
de talenten van de bevolking te gebruiken.
08:16
This is social mobility.
190
481000
3000
Dat is sociale mobiliteit.
08:19
It's actually a measure of mobility
191
484000
2000
Het is eigenlijk een maat voor de mobiliteit
08:21
based on income.
192
486000
2000
gebaseerd op het inkomen.
08:23
Basically, it's asking:
193
488000
2000
In principe vraagt dit:
08:25
do rich fathers have rich sons
194
490000
2000
hebben rijke vaders rijke zoons
08:27
and poor fathers have poor sons,
195
492000
2000
en arme vaders arme zonen
08:29
or is there no relationship between the two?
196
494000
3000
of is er geen relatie tussen de twee?
08:32
And at the more unequal end,
197
497000
2000
Aan het meer ongelijke einde
08:34
fathers' income is much more important --
198
499000
3000
is het inkomen van de vaders veel belangrijker -
08:37
in the U.K., USA.
199
502000
3000
in het VK, de VSA.
08:40
And in Scandinavian countries,
200
505000
2000
In de Scandinavische landen
08:42
fathers' income is much less important.
201
507000
2000
is het inkomen van de vaders veel minder belangrijk.
08:44
There's more social mobility.
202
509000
3000
Er is meer sociale mobiliteit.
08:47
And as we like to say --
203
512000
2000
Zoals we graag zeggen -
08:49
and I know there are a lot of Americans in the audience here --
204
514000
3000
en ik weet dat er heel wat Amerikanen zijn in het publiek hier -
08:52
if Americans want to live the American dream,
205
517000
3000
als Amerikanen de Amerikaanse droom willen beleven,
08:55
they should go to Denmark.
206
520000
2000
moeten ze naar Denemarken gaan.
08:57
(Laughter)
207
522000
2000
(Gelach)
08:59
(Applause)
208
524000
4000
(Applaus)
09:03
I've shown you just a few things in italics here.
209
528000
3000
Ik heb je gewoon een paar dingen in cursief laten zien.
09:06
I could have shown a number of other problems.
210
531000
2000
Ik zou nog een aantal andere problemen kunnen laten zien.
09:08
They're all problems that tend to be more common
211
533000
2000
Het zijn allemaal problemen die over het algemeen vaker voorkomen
09:10
at the bottom of the social gradient.
212
535000
2000
aan de onderkant van de sociale gradiënt.
09:12
But there are endless problems with social gradients
213
537000
5000
Maar er zijn eindeloos veel problemen met sociale gradiënten
09:17
that are worse in more unequal countries --
214
542000
2000
die erger zijn in meer ongelijke landen -
09:19
not just a little bit worse,
215
544000
2000
niet zomaar een klein beetje erger,
09:21
but anything from twice as common to 10 times as common.
216
546000
3000
maar vaak twee tot tien keer erger.
09:24
Think of the expense,
217
549000
2000
Denk aan de kosten,
09:26
the human cost of that.
218
551000
3000
de menselijke kosten daarvan.
09:29
I want to go back though to this graph that I showed you earlier
219
554000
2000
Deze grafiek toonde ik jullie al eerder.
09:31
where we put it all together
220
556000
2000
Hierin brachten we alles samen
09:33
to make two points.
221
558000
2000
om twee punten duidelijk te maken.
09:35
One is that, in graph after graph,
222
560000
3000
Een daarvan is dat in grafiek na grafiek
09:38
we find the countries that do worse,
223
563000
2000
blijkt dat de landen die het ongeacht
09:40
whatever the outcome,
224
565000
2000
de uitkomst slechter doen,
09:42
seem to be the more unequal ones,
225
567000
2000
de meer ongelijke zijn
09:44
and the ones that do well
226
569000
2000
en deze die het goed doen,
09:46
seem to be the Nordic countries and Japan.
227
571000
3000
zijn de Scandinavische landen en Japan.
09:49
So what we're looking at
228
574000
2000
Waar we nu naar kijken
09:51
is general social disfunction related to inequality.
229
576000
3000
is het algemeen maatschappelijk disfunctioneren met betrekking tot ongelijkheid.
09:54
It's not just one or two things that go wrong,
230
579000
2000
Het zijn niet slechts een paar dingen die fout gaan,
09:56
it's most things.
231
581000
2000
het zijn de meeste dingen.
09:58
The other really important point I want to make on this graph
232
583000
3000
Het andere werkelijk belangrijke punt dat ik wil maken met deze grafiek
10:01
is that, if you look at the bottom,
233
586000
2000
is dat, als je onderaan kijkt
10:03
Sweden and Japan,
234
588000
3000
naar Zweden en Japan.
10:06
they're very different countries in all sorts of ways.
235
591000
3000
Het zijn op allerlei manieren zeer verschillende landen.
10:09
The position of women,
236
594000
2000
De positie van vrouwen,
10:11
how closely they keep to the nuclear family,
237
596000
2000
hoe sterk ze houden aan het kerngezin,
10:13
are on opposite ends of the poles
238
598000
2000
staan diametraal tegenover elkaar
10:15
in terms of the rich developed world.
239
600000
2000
in termen van de rijke ontwikkelde wereld.
10:17
But another really important difference
240
602000
2000
Maar een ander heel belangrijk verschil
10:19
is how they get their greater equality.
241
604000
3000
is de manier waarop ze aan hun grotere gelijkheid komen.
10:22
Sweden has huge differences in earnings,
242
607000
3000
Zweden heeft grote verschillen in inkomen,
10:25
and it narrows the gap through taxation,
243
610000
2000
maar vernauwt de kloof door middel van belastingen,
10:27
general welfare state,
244
612000
2000
de algemene verzorgingsstaat,
10:29
generous benefits and so on.
245
614000
3000
genereuze uitkeringen en ga zo maar door.
10:32
Japan is rather different though.
246
617000
2000
Japan is heel anders.
10:34
It starts off with much smaller differences in earnings before tax.
247
619000
3000
Het begint met veel kleinere verschillen in inkomen vóór belastingen.
10:37
It has lower taxes.
248
622000
2000
Het heeft lagere belastingen.
10:39
It has a smaller welfare state.
249
624000
2000
Het heeft een lagere verzorgingsstaat.
10:41
And in our analysis of the American states,
250
626000
2000
In onze analyse van de Amerikaanse staten,
10:43
we find rather the same contrast.
251
628000
2000
vinden we hetzelfde contrast.
10:45
There are some states that do well through redistribution,
252
630000
3000
Er zijn een aantal staten die het goed doen door middel van herverdeling,
10:48
some states that do well
253
633000
2000
sommige staten doen het goed
10:50
because they have smaller income differences before tax.
254
635000
3000
want ze hebben kleinere inkomensverschillen vóór belastingen.
10:53
So we conclude
255
638000
2000
We concluderen
10:55
that it doesn't much matter how you get your greater equality,
256
640000
3000
dat het niet veel uitmaakt hoe je een grotere gelijkheid krijgt,
10:58
as long as you get there somehow.
257
643000
2000
zolang je ze maar krijgt.
11:00
I am not talking about perfect equality,
258
645000
2000
Ik heb het niet over een perfecte gelijkheid,
11:02
I'm talking about what exists in rich developed market democracies.
259
647000
4000
ik heb het over wat er bestaat in de rijke ontwikkelde marktdemocratieën.
11:08
Another really surprising part of this picture
260
653000
5000
Een ander verrassend onderdeel van dit beeld
11:13
is that it's not just the poor
261
658000
2000
is dat het niet alleen de armen zijn
11:15
who are affected by inequality.
262
660000
3000
die worden getroffen door ongelijkheid.
11:18
There seems to be some truth in John Donne's
263
663000
2000
Er lijkt een kern van waarheid te zitten in John Donne's
11:20
"No man is an island."
264
665000
3000
‘Niemand is een eiland.'
11:23
And in a number of studies, it's possible to compare
265
668000
3000
In een aantal studies is het mogelijk te vergelijken
11:26
how people do in more and less equal countries
266
671000
3000
hoe mensen in meer en minder gelijke landen
11:29
at each level in the social hierarchy.
267
674000
3000
het doen op elk niveau in de sociale hiërarchie.
11:32
This is just one example.
268
677000
3000
Dit is slechts een voorbeeld.
11:35
It's infant mortality.
269
680000
2000
Het is kindersterfte.
11:37
Some Swedes very kindly classified a lot of their infant deaths
270
682000
3000
Een aantal Zweden waren zo vriendelijk veel kindersterftes te classificeren
11:40
according to the British register of general socioeconomic classification.
271
685000
5000
volgens het Britse register van de algemene sociaal-economische classificatie.
11:45
And so it's anachronistically
272
690000
3000
Een ouderwetse
11:48
a classification by fathers' occupations,
273
693000
2000
classificatie volgens de beroepen van de vaders,
11:50
so single parents go on their own.
274
695000
2000
zodat alleenstaande ouders apart vermeld staan.
11:52
But then where it says "low social class,"
275
697000
3000
Waar 'lage sociale klasse' staat,
11:55
that's unskilled manual occupations.
276
700000
3000
bedoelen ze ongeschoolde handarbeiders.
11:58
It goes through towards the skilled manual occupations in the middle,
277
703000
4000
Het gaat door naar de geschoolde beroepen in het midden,
12:02
then the junior non-manual,
278
707000
2000
dan de junior niet-handarbeider,
12:04
going up high to the professional occupations --
279
709000
3000
gaat dan omhoog voor de professionele beroepen -
12:07
doctors, lawyers,
280
712000
2000
artsen, advocaten,
12:09
directors of larger companies.
281
714000
2000
directeuren van grotere bedrijven.
12:11
You see there that Sweden does better than Britain
282
716000
3000
Je ziet daar dat Zweden het beter doet dan Groot-Brittannië
12:14
all the way across the social hierarchy.
283
719000
3000
over de hele sociale hiërarchie.
12:19
The biggest differences are at the bottom of society.
284
724000
2000
De grootste verschillen zitten aan de onderkant van de samenleving.
12:21
But even at the top,
285
726000
2000
Maar zelfs aan de top
12:23
there seems to be a small benefit
286
728000
2000
lijkt er een klein voordeel te zijn
12:25
to being in a more equal society.
287
730000
2000
om in een meer gelijke samenleving te leven.
12:27
We show that on about five different sets of data
288
732000
3000
We laten dat zien aan de hand van vijf verschillende sets gegevens
12:30
covering educational outcomes
289
735000
2000
met betrekking tot onderwijsresultaten
12:32
and health in the United States and internationally.
290
737000
3000
en gezondheid in de Verenigde Staten en internationaal.
12:35
And that seems to be the general picture --
291
740000
3000
Dat lijkt het algemene beeld te zijn:
12:38
that greater equality makes most difference at the bottom,
292
743000
3000
een grotere gelijkheid heeft het meest effect onderaan,
12:41
but has some benefits even at the top.
293
746000
3000
maar ook voor de top heeft het een aantal voordelen.
12:44
But I should say a few words about what's going on.
294
749000
4000
In een paar woorden zeg ik wat er gaande is.
12:48
I think I'm looking and talking
295
753000
2000
Ik kijk naar en praat
12:50
about the psychosocial effects of inequality.
296
755000
3000
over de psychosociale effecten van ongelijkheid.
12:53
More to do with feelings of superiority and inferiority,
297
758000
3000
Het heeft meer te maken met gevoelens van superioriteit en inferioriteit,
12:56
of being valued and devalued,
298
761000
2000
van gewaardeerd en ondergewaardeerd te worden,
12:58
respected and disrespected.
299
763000
3000
gerespecteerd en niet gerespecteerd te worden.
13:01
And of course, those feelings
300
766000
2000
De gevoelens
13:03
of the status competition that comes out of that
301
768000
3000
van statusconcurrentie die daaruit voortvloeien
13:06
drives the consumerism in our society.
302
771000
3000
veroorzaken het consumentisme in onze samenleving.
13:09
It also leads to status insecurity.
303
774000
3000
Het leidt ook tot statusonzekerheid.
13:12
We worry more about how we're judged and seen by others,
304
777000
4000
We maken ons meer zorgen over hoe we door anderen worden beoordeeld en gezien.
13:16
whether we're regarded as attractive, clever,
305
781000
3000
Vindt men ons aantrekkelijk, slim,
13:19
all that kind of thing.
306
784000
3000
enzovoort.
13:22
The social-evaluative judgments increase,
307
787000
3000
De sociaal-evaluatieve oordelen verhogen
13:25
the fear of those social-evaluative judgments.
308
790000
4000
de angst voor die sociaal-evaluatieve oordelen.
13:29
Interestingly,
309
794000
2000
Interessant genoeg is er
13:31
some parallel work going on in social psychology:
310
796000
4000
parallel werk aan de gang in de sociale psychologie:
13:35
some people reviewed 208 different studies
311
800000
3000
een aantal mensen beoordeelden 208 verschillende studies
13:38
in which volunteers had been invited
312
803000
3000
waarin de vrijwilligers waren uitgenodigd
13:41
into a psychological laboratory
313
806000
2000
in een psychologisch laboratorium.
13:43
and had their stress hormones,
314
808000
2000
Hun stresshormonen en
13:45
their responses to doing stressful tasks, measured.
315
810000
4000
hun reacties op het doen van stressvolle taken werd gemeten.
13:49
And in the review,
316
814000
2000
Daarbij
13:51
what they were interested in seeing
317
816000
2000
werd gezocht
13:53
is what kind of stresses
318
818000
2000
naar wat voor soort spanningen
13:55
most reliably raise levels of cortisol,
319
820000
3000
het meest betrouwbaar het niveau van cortisol,
13:58
the central stress hormone.
320
823000
2000
het voornaamste stresshormoon, verhoogden.
14:00
And the conclusion was
321
825000
2000
De conclusie was
14:02
it was tasks that included social-evaluative threat --
322
827000
3000
dat het de taken waren die een sociaal-evaluatieve bedreiging inhielden.
14:05
threats to self-esteem or social status
323
830000
3000
Bedreigingen voor het gevoel van eigenwaarde of sociale status
14:08
in which others can negatively judge your performance.
324
833000
3000
waarbij anderen een negatief oordeel over je prestaties kunnen vellen.
14:11
Those kind of stresses
325
836000
2000
Dat soort spanningen
14:13
have a very particular effect
326
838000
3000
hebben een zeer bijzonder effect
14:16
on the physiology of stress.
327
841000
3000
op de fysiologie van stress.
14:20
Now we have been criticized.
328
845000
2000
Hierop werden we bekritiseerd.
14:22
Of course, there are people who dislike this stuff
329
847000
3000
Natuurlijk zijn er mensen die hieraan een hekel hebben
14:25
and people who find it very surprising.
330
850000
3000
en mensen die het zeer verrassend vinden.
14:28
I should tell you though
331
853000
2000
Ik moet jullie wel vertellen
14:30
that when people criticize us for picking and choosing data,
332
855000
3000
dat wanneer mensen ons bekritiseren voor het uitkiezen van data,
14:33
we never pick and choose data.
333
858000
2000
we nooit data uitkiezen.
14:35
We have an absolute rule
334
860000
2000
We hebben een absolute regel dat gegevens die
14:37
that if our data source has data for one of the countries we're looking at,
335
862000
3000
onze gegevensbron beschikbaar heeft over de door ons onderzochte landen,
14:40
it goes into the analysis.
336
865000
2000
eerst geanalyseerd worden.
14:42
Our data source decides
337
867000
2000
Onze gegevensbron beslist
14:44
whether it's reliable data,
338
869000
2000
of de data betrouwbaar zijn,
14:46
we don't.
339
871000
2000
wij niet.
14:48
Otherwise that would introduce bias.
340
873000
2000
Anders zou dit een vertekend beeld geven.
14:50
What about other countries?
341
875000
2000
Hoe zit het met andere landen?
14:52
There are 200 studies
342
877000
3000
Er zijn 200 studies
14:55
of health in relation to income and equality
343
880000
3000
over gezondheid in relatie tot inkomen en gelijkheid
14:58
in the academic peer-reviewed journals.
344
883000
3000
in de academische door collega's getoetste tijdschriften.
15:01
This isn't confined to these countries here,
345
886000
3000
Dit beperkt zich niet tot deze landen hier,
15:04
hiding a very simple demonstration.
346
889000
2000
de problemen zijn wijdverspreid.
15:06
The same countries,
347
891000
2000
Dezelfde landen,
15:08
the same measure of inequality,
348
893000
2000
dezelfde mate van ongelijkheid,
15:10
one problem after another.
349
895000
3000
het ene probleem na het andere.
15:14
Why don't we control for other factors?
350
899000
2000
Waarom kijken we niet naar andere factoren?
15:16
Well we've shown you that GNP per capita
351
901000
2000
We hebben laten zien dat het BNP per hoofd van de bevolking
15:18
doesn't make any difference.
352
903000
2000
geen verschil maakt.
15:20
And of course, others using more sophisticated methods in the literature
353
905000
4000
Natuurlijk hebben anderen met behulp van meer geavanceerde methoden uit de literatuur
15:24
have controlled for poverty and education
354
909000
2000
gecontroleerd voor armoede, onderwijs
15:26
and so on.
355
911000
3000
enzovoort.
15:30
What about causality?
356
915000
2000
Hoe zit het met causaliteit?
15:32
Correlation in itself doesn't prove causality.
357
917000
3000
Correlatie op zich bewijst geen causaliteit.
15:35
We spend a good bit of time.
358
920000
2000
We besteden daar nogal wat tijd aan.
15:37
And indeed, people know the causal links quite well
359
922000
2000
Mensen kennen de causale verbanden goed
15:39
in some of these outcomes.
360
924000
2000
bij een aantal van deze uitkomsten.
15:41
The big change in our understanding
361
926000
2000
De grote verandering in ons begrip
15:43
of drivers of chronic health
362
928000
2000
van chronische gezondheidsproblemen
15:45
in the rich developed world
363
930000
2000
in de rijke ontwikkelde wereld
15:47
is how important chronic stress from social sources
364
932000
4000
is hoe belangrijk chronische stress uit de sociale oorzaken is.
15:51
is affecting the immune system,
365
936000
2000
Ze beïnvloeden het immuunsysteem en
15:53
the cardiovascular system.
366
938000
3000
het cardiovasculaire systeem.
15:56
Or for instance, the reason why violence
367
941000
2000
De reden waarom geweld
15:58
becomes more common in more unequal societies
368
943000
3000
vaker voorkomt in meer ongelijke samenlevingen
16:01
is because people are sensitive to being looked down on.
369
946000
5000
is dat mensen er gevoeliger voor worden dat er op hen wordt neergekeken.
16:06
I should say that to deal with this,
370
951000
3000
Om hier mee om te gaan,
16:09
we've got to deal with the post-tax things
371
954000
2000
moeten we het hebben over zaken
16:11
and the pre-tax things.
372
956000
2000
voor en na de belastingen.
16:13
We've got to constrain income,
373
958000
3000
We moeten de inkomsten beperken,
16:16
the bonus culture incomes at the top.
374
961000
2000
de bonuscultuur voor topinkomens.
16:18
I think we must make our bosses accountable to their employees
375
963000
3000
Onze bazen moeten verantwoording afleggen aan hun werknemers
16:21
in any way we can.
376
966000
3000
op welke manier dan ook.
16:24
I think the take-home message though
377
969000
3000
Wat we moeten onthouden is
16:27
is that we can improve the real quality of human life
378
972000
4000
dat we de echte kwaliteit van het menselijk leven kunnen verbeteren
16:31
by reducing the differences in incomes between us.
379
976000
3000
door het verminderen van de verschillen in inkomens tussen ons.
16:34
Suddenly we have a handle
380
979000
2000
Plotseling hebben we grip
16:36
on the psychosocial well-being of whole societies,
381
981000
2000
op het psychosociaal welzijn van hele samenlevingen.
16:38
and that's exciting.
382
983000
2000
Dat is geweldig.
16:40
Thank you.
383
985000
2000
Dankjewel.
16:42
(Applause)
384
987000
6000
(Applaus)
ABOUT THE SPEAKER
Richard Wilkinson - Public health researcherIn "The Spirit Level," Richard Wilkinson charts data that proves societies that are more equal are healthier, happier societies.
Why you should listen
For decades, Richard Wilkinson has studied the social effects of income inequality and how social forces affect health. In The Spirit Level, a book coauthored with Kate Pickett, he lays out reams of statistical evidence that, among developed countries, societies that are more equal – with a smaller income gap between rich and poor -- are happier and healthier than societies with greater disparities in the distribution of wealth.
While poverty has long been recognized as an indicator for such social ills as crime, obesity, teen pregnancy, Wilkinson and Pickett have demonstrated that societal well-being bears no relation to per capita income. They’ve also found that the symptoms of inequality trouble all levels of society. Across the board, mental health, levels of violence and addiction, even life expectancy are affected by the psycho-social stress caused by income gaps and status anxiety.
In the UK, The Spirit Level won support from politicians both left and right. Wilkinson, who is Professor Emeritus of Social Epidemiology at the University of Nottingham, also cofounded The Equality Trust, a nonprofit that aims to reduce income inequality by educating and engaging the public while supporting political commitment to address the problem.
He says: "While I'd always assumed that an equal society must score better on social cohesion, I never expected to find such clear differences between existing market economies."
NEW: Read the TED Blog's Q&A with Richard Wilkinson >>
Richard Wilkinson | Speaker | TED.com